Als ganzen de beschikking hebben over voldoende schoon zwemwater, een schoon perk en er wordt gekozen voor het juiste voer, dan zijn de voornaamste oorzaken waardoor watervogels ziek worden bijna uitgesloten.

Toch kan niemand voorkomen dat de ganzen ziek worden.
Regelmatig dienen de watervogels geobserveerd te worden.

Het zal dan opvallen als een vogel een verminderde conditie heeft.

Een zieke vogel dient zo snel mogelijk ontdekt te worden.

Dan kan actie ondernomen worden, voordat het te laat is.

Als een vogel minder gaat eten, erg veel drinkt, zich afzondert van de groep, veel slaapt, de veren opgezet heeft, weinig zwemt en de veren slecht schoon houdt, de vleugels laat hangen, de snavelkleur, oogkleur of de huid rondom het oog afwijkt van de normale kleur, niest, rochelt, braakt, gaapt, met de kop schudt of vreemde ontlasting heeft, wijst dat erop dat het dier waarschijnlijk iets mankeert.
Een vogel die ziekteverschijnselen vertoont, dient apart van de andere watervogels in een perk met een vijver geplaatst te worden.

Het dier kan dan beter geobserveerd worden.

De zieke vogel kan niet worden gestoord of verjaagd door de soortgenoten.

De verspreiding van ziektekiemen wordt geremd en medicatie kan makkelijker en in de juiste hoeveelheid te worden toegediend.                                                       

                                                         cereopsisganzen

Sierganzen zijn over het algemeen toch tammer, vriendelijker en maken doorgaans minder lawaai dan de gewone ganzen.
Voor het samenstellen van een gemengde ganzencollectie moet men rekening houden met de verdraagzaamheid van de soort.

Sommige ganzensoorten zijn zo agressief dat ze vechtpartijen aangaan tot er slachtoffers vallen, soms is dat maar een kwestie van enkele minuten.

Tot de vrij gemakkelijk in groep te houden ganzensoorten rekenen we o.m. de dwerg- (of goudoog-), riet-, ross-, strepen-, brand-, roodhals- en cackling canada-ganzen.

In de paar en broedtijd kunnen deze ganzen echter vrij agressief optreden.

In zeer grote ruimtes zal elk koppel wel zijn eigen territorium verdedigen en indringers verjagen.

In wat kleinere tuinen kun je, in deze periode, elk soort zijn territorium met wat gelegenheidsdraad afschermen zodat de dieren rustiger kunnen broeden.

De Hawaiigans (Branta sandvicensis, in het Engels Hawaiian goose, in het Duits Hawaiigans en in het Frans: Bernache des îles Sandwich) is een ganzensoort met zijn roots in, hoe kan het ook anders, Hawaii. In de natuur wordt deze soort sterk bedreigd.

In Nederland kan de gans goed gefokt worden; jaarlijks is hij bij diverse fokkers beschikbaar.

We komen deze kleine maar parmantige ganzensoort dan ook regelmatig tegen in tuinen van hobbydierhouders in Nederland en de rest van Europa.

De Hawaiigans is een heel aangename ganzensoort, die erg tam kan worden. 

                                        Sneeuwganzen

                                                Strepenganzen

Ganzen zijn grazers.

Een behoorlijke oppervlakte goed grasland is noodzakelijk.

Als je over voldoende jong en goed gras beschikt, laten sierganzen bloemen en struiken met rust.
Sierganzen nemen genoegen met weinig proper water waar ze zich in kunnen wassen en eventueel de paringsdaad verrichten.
Ook je omheining is van groot belang.

Kies je voor agressieve ganzensoorten, dan moet de afrastering zeker voldoende hoog zijn. (1.80 m)
Sierganzen maken lawaai, doch minder dan de gewone ganzen.
Een siergans is vruchtbaar vanaf haar derde levensjaar.

Ze legt om de dag een ei, soms al vanaf januari, maar meestal vanaf maart.

Als de gans broeds wordt, is het moment aangebroken om te bepalen hoeveel eieren zij mag uitbroeden.

De kans op het breken van eieren is groter naarmate er meer eieren in het nest liggen.
Sierganzen broeden in ongeveer vier weken hun eieren uit.

Geef de gans tijdens de periode dat ze broedt ook de nodige aandacht en hou in de gaten of de gans haar nest verlaat om te gaan eten, drinken en een bad te nemen.

Vaak zijn er ganzen die weigeren van het nest te komen en op deze manier van uitputting en honger kunnen sterven.
Ganzenkuikens hebben nood aan korrels voor watervogels, die dan op latere leeftijd kan gemengd worden met granen en keukenresten.